Natuurlijk pieker je het hardst over de beproevingen die je pad kruisen. Maar de malende molens in het hoofd gaan even enthousiast in overdrive naar aanleiding van kleine, banale situaties.
Daar praten we zelden over, vooral omdat we er ons een beetje over schamen.
Maar net omdat het niet uitgesproken wordt, lijkt het alsof je de enige bent die dit meemaakt.
Laat me je een geheimpje verklappen: zelf heb ik het vaker dan me lief is.
Om uit de kast te komen een voorbeeldje.
Ik ging met een vriend op reis en het werd een heel fijne vakantie.
’s Ochtends werkten we beiden aan onze projecten, in de namiddag deden we lange staptochten en ’s avonds ontdekten we lokale restaurantjes die onze zintuigen het feest maakten.
Onze omgang verliep moeiteloos als vloeiend water, maar de laatste dag gebeurde er iets vreemd. Naarmate de terugvlucht dichterbij kwam werd de vriend afstandelijker, killer, en soms ook wat sarcastischer, al kan dat laatste louter inbeelding geweest zijn.
Sindsdien pieker ik af en toe over die laatste dag en probeer te verklaren waarom het zo gelopen is.
Op zich een zinvolle vraag. Tenminste, als het een antwoord ontlokt, want dan kan ik er iets uit leren. Maar dat antwoord, dat komt er maar niet. Het navragen bij die vriend, die in het buitenland woont, zou een ernst en zwaarte suggereren die niet aan de orde is en zelf kan ik geen verklaring vinden. Verder gaan zonder verklaring, daar zijn we nu eenmaal niet zo goed in en dus blijf ik ermee bezig.
Dat heeft veel energie opslorpt, ik geniet minder van het leven op die momenten en het verandert ook niets aan wat is gebeurd.
En wat zo jammer is, dat gepieker lijkt wel een olievlek die zich uitspreidt: ik heb geen fijne herinneringen meer aan die reis, dat plekje in mijn ‘petit paradis du souvenir’ is kaal braakland geworden.
Allemaal door dat malen.
Bovendien maakt mijn innerlijke criticus zich bovenmatig boos: “Hoe is het in godsnaam mogelijk, je kent al die valkuilen door en door, je weet dat het slechts dwaze interpretaties zijn, gedachten zijn geen feiten! Dat heb je al tientallen keren verteld in je cursussen en in alle toonaarden uitgeschreven in blogs en boeken. Hoe is het mogelijk dat jij hier niet boven staat. Ronduit beschamend!”
Natuurlijk heeft hij gelijk, die innerlijke criticus van me.
Ogenschijnlijk toch.
Wat hij niet snapt is dat de verhalen die we onszelf vertellen vaak teruggaan naar diepere kernopvattingen, inprentingen die soms lang geleden hebben plaatsgevonden, niet zelden in de kindertijd. Ze komen uit de opvoeding, het onderwijs, de peers, de eigen ervaring en hebben in die ontvankelijke groeibodem van een kinderziel stevig wortel geschoten.
Door me af te vragen of ik dit gepieker herken in andere situaties zie ik plots een rode draad die terugkeert in mijn gedachtestroom over elk van deze situaties.
O ja, natuurlijk, denk ik, een beetje als een wetenschapper die tijdens een banale autorit plots de formule voor zich ziet die hij zo lang zocht, maar niet vinden kon zolang hij met zijn neus op de computerschermen zat.
Ik herkende de rode draad als een typische dieperliggende kernopvatting die de inspiratiebron was voor mijn gepieker over mijn vakantieverhaal èn al de verhalen die ik mezelf had verteld in gelijkaardige situaties: situaties waarin ik een amper bewuste, maar daarom niet minder sterke vrees koesterde om afgewezen of in de steek gelaten te worden. Die angst had ik als kind inderdaad wel vaker gekend, maar met ouder worden was die geleidelijk aan naar de achtergrond verdwenen. Toch dook ze af en toe nog op in situaties die ik onbewust associeerde met vroegkinderlijke ervaringen. Door dit te beseffen en die kerngedachte te doorprikken – ze was al lang over vervaldatum – kon ik mijn gepieker over het vakantiegedoe loslaten en verdween de olievlek als water in zand.
Het is lang niet altijd nodig om zo diep op zoek te gaan naar de oorsprong van ons piekergedrag, maar als je merkt dat het in verschillende, vaak banale dagelijkse situaties blijft terugkomen, dan kan het zinvol zijn om die dieperliggende kernopvattingen aan te pakken. Ook daar besteden we in de cursus ‘Rust in je hoofd’ aandacht aan.
Dag Wilfried,
Een paar jaar geleden volgde ik je mindfulness cursus en met veel plezier lees ik je nieuwsbrieven en bijhorende blogs.
Telkens weer zijn ze een kleine reminder voor mezelf. Maar wat ik vooral apprecieer, is hoe jij ook gewoon deelt hoe je nog in de val loopt en het soms moeilijk hebt. Hoe je ook maar een gewone mens bent. En dat maakt, wat je vertelt, voor mij des te waardevoller!
Groetjes
Mandy